Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Uw vader heeft ons [4]juk [5]hard ge[6]maakt; gij dan nu, maak uws [7]vaders harden dienst, en zijn zwaar juk, dat hij [8]ons opgelegd heeft, lichter, en wij zullen [9]u dienen. 4. Dat is, de dienstbaarheid en den last der schatting, die hun Salomo opgelegd had. Zie boven, hfdst.4 vs.7, en hfdst.5 vs.13; alzo is het woord juk gebruikt in het volgende; idem Gen.27:40, en Lev.26:13. 5. Hoewel Salomo de goederen zijns volks belast had met schattingen, tot onderhouding van zijn staat en hofgezin, boven, hfdst.4 vs.7,22, nochtans hadden zij geen oorzaak om dus te klagen, dewijl zij onder zijn regering, durende veertig jaren lang, 2 Kron.9:30, nevens de ware religie, groten vrede en rijkdom genoten hadden, boven hfdst.4 vs.24,25, en hfdst.10 vs.27. 6. Of, minder van den harden dienst uws vaders, enz. 7. Dat is, dien uw vader ons opgelegd heeft. Alzo, de last des konings, Hos.8:10, dat is, dien de koning oplegt. 8. Hebreeuws, op ons gegeven heeft; alzo vs.9. 9. Dat is, uw onderzaten zijn, en u voor onzen koning aannemen, erkennen en u gehoorzamen. Dat heet onder, vs.7, knechten zijn.